Publicatiedatum: 08-06-2020

Doetinchem, 4 juni 2020

 

Geacht bestuur en geachte directie van de VNG, 

De samenwerkende Achterhoekse gemeenten Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Doetinchem, Montferland, Oost Gelre, Oude IJsselstreek en Winterswijk willen zich naar u uitspreken over de risicovolle financiële situatie van gemeenten ten gevolge van ontwikkelingen binnen de Wmo.

Achterhoek vraagt uw inzet

Minister de Jonge (VWS) heeft besloten om in verband met de coronacrisis de eigen bijdrage in april en mei voor Wmo-ondersteuning collectief niét te innen. Een uitzondering is gemaakt voor inwoners die gebruik maken van de voorziening beschermd wonen intramuraal en opvang. De minister heeft besloten dat deze regeling voor iedereen van toepassing is, ongeacht of ondersteuning wel of niet is ontvangen in die periode. Het per inwoner in beeld brengen van de wel of niet gebruikte ondersteuning, zou volgens de minister op dit moment te arbeidsintensief zijn en zou kunnen rekenen op veel geschillen achteraf die ook veel tijd kosten. Tegelijkertijd met dit besluit heeft de minister aangekondigd dat hij met u, onze belangenbehartiger, in gesprek zal gaan over compensatie van gemeenten vanwege de inkomstenderving die uit deze specifieke maatregel voortvloeit. 

Ook wij twijfelen er niet aan dat u als VNG de financiële situatie van uw leden kent en weet welke druk het sociaal domein op de gemeentebegrotingen legt. Evenals de veertien Zuid Hollandse gemeenten nemen wij hierbij de gelegenheid te baat om onze ongerustheid kenbaar te maken. Door diverse eerdere en meer recente (Wmo-)maatregelen, al dan niet corona-gebonden, zijn wij stap voor stap in een financieel risicovolle situatie beland. Gezamenlijk zorgen deze maatregelen voor (forse) gaten in onze gemeentelijke begrotingen. Deze reiken verder dan het mislopen van enige maanden eigen bijdragen voor Wmo-voorzieningen; het gaat om een reeks maatregelen die nadelige gevolgen voor de begrotingen hebben. Dat is voorzichtig geformuleerd niet bevorderlijk voor de financiële gezondheid van het onderdeel ‘sociaal domein’ in de gemeentelijke begrotingen.

Wij dringen er daarom bij de VNG op aan om in de onderhandelingen te streven naar volledige compensatie van de nadelige financiële gevolgen van de maatregelen die we hierna concreet noemen. Hierbij sluiten wij ons aan bij de andere gemeenten die zich hiervoor sterk maken.

1. Abonnementstarief

Door de invoering van het abonnementstarief zijn de opbrengsten uit de eigen bijdragen substantieel teruggelopen. Daarvoor is een beperkt compensatiebedrag overgeheveld naar gemeenten. Echter, de verlaging van de drempel voor inwoners om ondersteuning aan te vragen is hiermee ook laag geworden. Dat leidt tot een nadelig financieel effect van het abonnementstarief, voornamelijk bij hulp bij het huishouden, bij hulpmiddelen en in mindere mate bij begeleiding. Een belangrijk deel van de groei voor huishoudelijke hulp zit in de middeninkomens en hogere inkomens bleek uit recent onderzoek door het CBS.

2. Onzekerheid over inkomsten ten gevolge van achterstanden CAK

De inningsprocessen bij het CAK zijn (nog steeds) niet op orde. Er zijn op dit moment al 3 maanden geen eigen bijdragen geïnd door CAK. Wmo-cliënten is met een brief verzocht om geld opzij te zetten, zodat op een later moment de bedragen ineens geïnd kunnen worden. De vraag is in hoeverre (financieel) kwetsbare inwoners daartoe in staat zijn. Dat kan wederom leiden tot inkomstenderving voor gemeenten.

3. Vrijstelling eigen bijdragen april en mei

De inkomstenderving uit de maatregel om af te zien van betaling van eigen bijdragen door inwoners met een Wmo-beschikking in de maanden april en mei, betreft nogmaals een substantieel door ons misgelopen bedrag met consequenties voor onze begrotingen.

4. Coronakosten

Wij nemen als gemeenten uiteraard onze verantwoordelijkheid om tijdens de coronacrisis zorgaanbieders door te betalen, als zouden zij de afgesproken ondersteuning geleverd hebben. Dit is conform de richtlijnen van de VNG om de zorgcontinuïteit te behouden. In hoeverre straks extra financiële inzet van gemeenten nodig is om ‘corona-schade’ op te vangen is nog niet duidelijk. Er bestaat een gerede kans dat inwoners in de corona-periode om verschillende redenen niet de ondersteuning en (medische) zorg ontvingen die zij onder normale omstandigheden gevraagd of gekregen hadden. Dat kan betekenen dat hun persoonlijke situatie problematischer is geworden en dat zij een groter beroep op noodzakelijke voorzieningen moeten doen die de kosten voor gemeenten kunnen gaan opvoeren.

Bovendien staan gemeenten nu al aan de lat om de extra kosten te dragen die verband houden met de coronacrisis. Die kosten worden in het sociaal domein gemaakt, denk daarbij aan beschermende kleding, extra inzet jongerenwerkers en spreiding cliënten maatschappelijke opvang. Maar er worden ook kosten gemaakt in andere domeinen, denk bijvoorbeeld aan Openbare Orde en Veiligheid. Ook dit totaal aan kosten heeft zijn weerslag op de gemeentelijke begrotingen.

5. Woonplaatsbeginsel (Jeugdwet)

Naast bovengenoemde punten is ook besloten om het woonplaatsbeginsel een jaar uit te stellen. Mede vanwege de coronacrisis wordt de invoering van het nieuwe woonplaatsbeginsel in de Jeugdwet uitgesteld naar 1 januari 2022.

Het woonplaatsbeginsel is opgesteld en beschreven in de Jeugdwet met als doel om de verantwoordelijke gemeente voor jeugdhulp te bepalen. Het huidige woonplaatsbeginsel zorgt echter voor problemen; het is onduidelijk en het leidt tot veel administratieve lasten. Het uitstellen van de invoering van het woonplaatsbeginsel zorgt daardoor ook voor extra kosten.

Uitnodiging voor een gesprek

Met deze brief hopen wij een duidelijk signaal aan u af te geven dat wij ons grote zorgen maken over de houdbaarheid van de financiële situatie c.q. onze begrotingen. Er zijn al vele bezuinigingen doorgevoerd, zowel binnen het sociaal domein (bijvoorbeeld ten koste van preventie en het voorliggend veld) als elders binnen de gemeentelijke begroting.

Wij doen graag het aanbod om over bovengenoemde zaken met minister De Jonge in gesprek te gaan. Overigens hebben wij – bewust – in bovenstaande opsomming geen melding gemaakt van de korting op de budgetten die in 2015 beschikbaar zijn gesteld in het kader van de decentralisaties, omdat wij ons tot recente gebeurtenissen hebben willen beperken. Hierin ligt echter wel een deel van de huidige tekorten in het sociaal domein.

Wij pleiten voor duidelijke afspraken tussen Rijk en gemeenten over financiële compensatie door het Rijk voor genoemde maatregelen. Maatregelen, al dan niet corona gerelateerd, waartoe het Rijk heeft besloten en waarvoor gemeenten de kostendrager zijn.

Met vriendelijke groet, 

mede namens de samenwerkende Achterhoekse gemeenten Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Doetinchem, Montferland, Oost Gelre, Oude IJsselstreek en Winterswijk,

J. Wikkerink, Voorzitter portefeuillehoudersoverleg sociaal domein Achterhoek

Naar boven