Publicatiedatum: 26-02-2023

Het is verplicht om een calamiteit of geweldincident te melden bij de betreffende toezichthouder. 

Calamiteit melden 

Zorgaanbieders zijn op grond van artikel 3.4 Wmo 2015 en artikel 4.1.8 Jeugdwet verplicht om calamiteiten en geweldsincidenten te melden bij de toezichthouder. In het schema verder op deze pagina ziet u wat er wordt verstaan onder calamiteiten en geweldsincidenten. 

Calamiteiten met Wmo-cliënten dienen gemeld te worden bij de toezichthouder van GGD Noord- en Oost-Gelderland. In geval van Jeugdhulp, dient de melding gedaan te worden bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en bij de regionaal toezichthouder. 

Calamiteitenonderzoek 

Een calamiteitenonderzoek is nodig om te achterhalen hoe en waarom een gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Het onderzoek staat in het teken van leren, zodat de kans op herhaling wordt verkleind en daarmee de ondersteuning verbetert. In het onderzoek gaat het erom of iets vermijdbaar is, niet of het verwijtbaar is. 

Hoe verloopt een calamiteitenmelding bij de GGD? 

  • Wanneer een zorgaanbieder een melding bij de GGD-NOG doet, kan daarvoor het formulier Melden calamiteit of (gewelds)incident worden gebruikt. 
  • Na ontvangst van het formulier neemt de toezichthouder van de GGD telefonisch contact op met de zorgaanbieder. De toezichthouder vraagt uit wat er precies is gebeurd. Vervolgens zijn er een aantal opties: 
    1. Bij uitvraag blijkt het niet te gaan om een calamiteit of geweldsincident. In dat geval wordt de melding afgesloten. 
    2. De toezichthouder van de GGD geeft de zorgaanbieder de opdracht een zelfonderzoek uit te voeren. Hiervoor ontvangt de zorgaanbieder het protocol met richtlijnen welke gevolgd moeten worden. Na afronding van het onderzoek stuurt de zorgaanbieder het zelfonderzoek naar de toezichthouder. 
    3. De toezichthouder van de GGD voert zelf na overleg met de regionaal toezichthouder en de betrokken contractmanager van Sociaal Domein Achterhoek (SDA) het calamiteitenonderzoek uit. 
    4. In sommige situaties is de inzet van een zelfonderzoek te groot, maar is afsluiten zonder evaluatie ook geen optie. In dat geval krijgt de zorgaanbieder de opdracht om een (team)evaluatie uit te voeren. De toezichthouder van de GGD geeft hiervoor concrete vragen mee die beantwoord moeten worden. Een verslag hiervan stuurt de zorgaanbieder aan de toezichthouder van GGD. 
  • De toezichthouder van de GGD informeert altijd de regionaal toezichthouder en de betrokken contractmanager dat er een calamiteitmelding is gedaan en wat de afspraak is met de zorgaanbieder. 
  • Na ontvangst van het zelfonderzoek/(team)evaluatie beoordeelt de toezichthouder het verslag en schrijft een rapport ‘beoordeling zelfonderzoek’. 
  • Het rapport ‘beoordeling zelfonderzoek’ wordt verzonden aan de zorgaanbieder, regionaal toezichthouder en contractmanager.
    • Soms volgen hier nog vervolgacties uit, in afstemming met de contractmanager en regionaal toezichthouder. Denk aan een follow-up onderzoek of een volledig kwaliteitsonderzoek door de toezichthouder. 

Hoe verloopt een calamiteitenmelding bij de IGJ? 

Ga voor informatie over een calamiteitenmelding bij de IGJ naar de website van de IGJ.

Wat is een calamiteit?

Schema met de stappen die gezet moeten worden voor het melden van een calamiteit of incident 

  • Klik hier om te melden bij de GGD NOG
  • Klik hier om te melden bij de IGJ
  • Klik hier om te melden bij de regionaal toezichthouder Wmo en Jeugdwet

Wmo 2015: geweld bij de verstrekking van een voorziening

Seksueel binnendringen van het lichaam van of ontucht met een cliënt, alsmede lichamelijk en geestelijk geweld jegens een cliënt, door een beroepskracht dan wel door een andere cliënt met wie de cliënt gedurende het etmaal of een dagdeel in een accommodatie van een zorgaanbieder verblijft. 

Jeugdwet: geweld bij de verlening van jeugdhulp of de uitvoering van een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering 

Lichamelijk, geestelijk of seksueel geweld jegens een jeugdige of een ouder, of bedreiging daarmee, door iemand die werkzaam is voor de jeugdhulpaanbieder of een gecertificeerde instelling, of door iemand die werkzaam is voor een rechtspersoon die in opdracht van de aanbieder of gecertificeerde instelling jeugdhulp verleent of door een andere jeugdige of ouder met wie de jeugdige of ouder gedurende het etmaal of een dagdeel bij de aanbieder verblijft.

 

Naar boven